20 december 2019
Ooit kwamen ze alleen in het seizoen: Oost-Europese arbeidsmigranten. Als aspergesteker. Inmiddels zijn ze in vergrijzend Limburg ook in de maakindustrie en logistiek onmisbaar. Ze houden de boel draaiende. Toch zijn er nog té veel misstanden rondom de arbeidsmigranten. Ze ontvangen vaak een karig loon, zijn gehuisvest in povere behuizing én daarnaast worden ze ook nog eens uitgebuit.
“Slaven zijn we voor hem, want zo worden we behandeld. Er moet, vooral in het seizoen, elke dag uren worden overgewerkt. Daar krijgen de uitzendkrachten niets extra’s voor. Soms zelfs krijgen ze helemaal geen salaris. Omdat ‘de boekhouder het te druk had’ of een andere smoes. Er hangt een lijst in de kast met daarop de namen van wie het best presteren. Als je te lang onderaan staat, weet je hoe laat het is. Mensen worden tegen elkaar opgezet,” vertelt Pjotr Smolarek*
Meer solidariteit
Mariola Michno is consulente bij vakbond FNV en zet zich, met name in de agrosector, sinds enkele jaren in voor betere leef- en werkomstandigheden van arbeidsmigranten in Limburg. Michno is bekent met de ‘groeiende creativiteit’ van werkgevers en malafide uitzendbureaus om hun loonkosten te verlagen en winst te maximaliseren. “Nederland zou solidair moeten zijn met de arbeidsmigranten. Je ziet hoe normen veranderen, sociale standaarden afkalven. Iedereen moet flexibel zijn en heeft dus nooit zekerheid. De werkdruk groeit, net als de druk op de lonen. We moeten samen deze race to the bottom zien te stoppen.”
Onderzoek toont namelijk aan hoe onmisbaar de arbeidsmigranten zijn geworden voor de economie in vooral Noord-Limburg. Wethouder van Peel en Maas Paul Sanders is er duidelijk over: “Zonder de arbeidsmigranten ligt Noord-Limburg economisch op zijn gat. We zijn volledig afhankelijk geworden van ze. De buitenlanders werken allang niet meer enkel als aspergesteker, maar veel breder. Bij ons in Peel en Maas nog steeds vooral in de land- en tuinbouw, maar ook in de logistiek.”
Huisvesting
Op dit moment leidt de hoge woningnood tot huisjesmelkerij. Huisvesting van arbeidsmigranten is big business, ziet Sjors Peeters, wethouder van Gemeente Venlo. “Beleggers kopen vervallen huizen op en maken er appartementen van. Snel even wat tussenschotjes plaatsen. Ik schat het aantal illegale panden op zeker honderdvijftig.”
Goede huisvesting moet mensen overhalen om tóch voor Limburg te kiezen en hier voor langere tijd te blijven. Het campusidee kan daarbij helpen, denkt ook Paul Sanders. Hij denkt hierbij niet aan klooster of abdijen, maar aan tijdelijke nieuwbouw. Huisjes als die van KAFRA Housing. De mobile homes van KAFRA Housing overtreffen de norm van Stichting Normering Flexwonen (SNF).
Zonder hen staat de motor stil
Frank van Gool, de CEO van OTTO Workforce, kent de verhalen over uitbuiting van Oost-Europese arbeidsmigranten. Onder meer door uitzendbureaus. “Bij ons gebeuren zulke dingen niet”, klinkt het beslist. OTTO is met 11.000 flexmedewerkers en een omzet van 252 miljoen euro de grootste van alle in Limburg gevestigde uitzenders. “Een minderheid bederft ons imago”, ze de CEO. “Sinds het afschaffen van de uitzendvergunning in 1998 is aan de onderkant van de markt een wildgroei ontstaan. Inmiddels telt Nederland 14.200 bureaus. Daar zitten veel kleintjes bij. Grofweg is het zo dat 80 procent van de markt deugt, de grote bureaus zijn vaak gecertificeerd én aangesloten bij brancheorganisaties ABU en NBBU. Onder de overige 20 procent zitten de rotte appels. Dat leidt tot misstanden als onderbetaling, belastingontwijking én concurrentievervalsing. Er zijn ook bedrijven die bewust gebruikmaken van zulke bureautjes, om kosten te drukken. Om geen vakantiegeld te hoeven betalen, geen loon bij ziekte, om dag- of repeterende weekcontracten aan te kunnen bieden. Totale onzekerheid. OTTO Workforce doet dat dus nooit. Wij starten met een contract van drie maanden en daarna een jaar- of vast contract. Bij ons verdienen mensen gemiddeld €12,56 bruto per uur, meer dan het wettelijk minimum.” Schandalig noemt Van Gool het dat uitzendbureaus werknemers boetes opleggen. “Volgens de uitzendcao mag het niet. Ook de wet verbiedt het. Bij OTTO gebeurt dat niet. Wij werken wel met een waarschuwingssysteem, want als je er écht een zootje van maakt, kun je ook bij ons vertrekken.” Om de rotte appels uit de markt te krijgen, pleit OTTO voor een spoedige herinvoering van de uitzendvergunning. In Limburg werken nu 60.000 arbeidsmigranten, schat Van Gool. Regionaal verdeeld zijn dat er 35.000 in het noorden, 15.000 in het midden en 10.000 in Zuid-Limburg. “Dan gaat het alleen om de ‘blue-collars’. Mensen in overalls, de lagerbetaalden. De kennismigranten noemen we ‘white-collars’, die zitten meer in het zuiden. De schatting is dat, willen we hier de boel draaiend houden, er de komende tien jaar zo’n 15.000 migranten bij moeten komen.”