“Provincie Limburg wil tempo maken met woningen arbeidsmigranten”
Zo kopte Dagblad de Limburger begin 2019. Reeds toen al had Provincie Limburg de ambitie om de tijdelijke huisvesting van de specifiek de doelgroep arbeidsmigranten snel te verbeteren. Directe aanleiding hiervoor vormde het personeelstekort op de arbeidsmarkt, waardoor Limburg actief inzette op het aantrekken van arbeidsmigranten om aan de personeelsvraag te voldoen. Het ontwikkelen van een provinciale aanpak voor arbeidsmigranten en de huisvesting daarvan, vormde later dat jaar zelfs een belangrijk onderdeel van het nieuwe college van Gedeputeerde Staten.
De provincie lanceerde het plan om samen met gemeenten en bedrijven op zoek te gaan naar geschikte plekken waar op korte termijn woningen bijgebouwd konden worden en versoepelde de regels, zodat ook tijdelijke woningbouw op bedrijventerreinen werd toegestaan. „Als we de regels niet wat meer loslaten neemt het tekort aan fatsoenlijke woonruimte alleen maar toe” […] „Of ze komen onder zeer slechte omstandigheden te wonen. Dat komt nu helaas voor, maar dat moeten we echt niet willen”, voorzag gedeputeerde Teunissen.
Landelijk woningtekort speelt ook in Limburg
Hoewel de provincie de noodzaak en urgentie van (tijdelijke) huisvesting reeds vroeg herkende, is de huisvestingsproblematiek het afgelopen jaar alleen maar verder toegenomen. Gedeputeerde Teunissen kreeg helaas dan ook gelijk in zijn voorspelling. Zo is het landelijke woningtekort opgelopen tot 315.000 woningen en wordt verwacht dat het woningtekort oploopt tot 380.000 in 2022. Dit tekort leidt tot nadelige effecten, zoals lange woon-werk afstanden, huisvesting onder onwenselijke omstandigheden, jongeren die bij hun ouders (moeten) blijven wonen en ouderen die lang in (te) grote woningen blijven waardoor de doorstroom wordt beperkt.
Hoewel exacte cijfers voor de provincie Limburg ontbreken, wordt hier gerekend op een tekort aan indicatief 30.000 tot 40.000 tijdelijke woningen. Zo stellen uitzendbureaus dat alleen al het tekort aan woningen voor arbeidsmigranten reeds 27.500 bedraagt. Provincie Limburg organiseerde daarom op 25 juni een webinar over flexwonen om met betrokkenen kennis en ervaringen uit te wisselen en samen werk te maken van het woningtekort.
Diverse doelgroepen wensen snelle, tijdelijke huisvesting
Eén van de belangrijkste oorzaken voor het huisvestingstekort is het tekort aan tijdelijke woningen. Tijdelijke woningen (ofwel ‘flexwoningen’) zijn “woningen gericht op tijdelijkheid, welke zowel kan gaan om tijdelijkheid in bewoning (doelgroep of huurcontract) als om tijdelijkheid in vastgoed”. Er zijn diverse vormen van flexwonen, denk bijvoorbeeld aan schakelbare woningen, modulaire en/of verplaatsbare woningen en tijdelijke transformatie van kantoren naar woonunits.
Flexwoningen bieden een oplossing voor mensen die snel huisvesting nodig hebben, ook wel ‘spoedzoekers’ genoemd. Naar schatting wenst circa 10% procent van alle woningzoekenden snel beschikbare woonruimte c.q. tijdelijke huisvesting. Hieronder vallen uiteenlopende doelgroepen zoals expats en arbeidsmigranten, maar ook (ex-) studenten, werkende jongeren, statushouders, uitstromers uit instellingen en gescheiden mensen. Allemaal zijn ze spoedzoekers, met als gezamenlijk kenmerk dat ze snel op zoek zijn naar woonruimte.
Locatietekort, grondprijzen en procedures belemmeren bouw tijdelijke woningen
Het aanbod aan tijdelijke woningen blijft echter fors achter bij de vraag. Dit komt ten eerste door de algemene tendens van flexibilisering in de samenleving en de arbeidsmarkt (bv. steeds meer tijdelijke contracten). Ten tweede groeit ook het ‘nieuwkomers’ op de markt, want er komen steeds meer arbeidsmigranten, statushouders, studenten, expats en andere doelgroepen die staan te dringen om een (tijdelijke) woning.
Ten derde hebben woningcorporaties en andere ontwikkelaars de afgelopen jaren veel minder tijdelijke woningen gerealiseerd dan beoogd. Dit heeft diverse redenen. Zo wordt vaak gewezen op het tekort aan beschikbare locaties. Ook de hoge grondprijzen belemmeren de bouw van tijdelijke woningen, want hierdoor is het moeilijk een business case te realiseren. Dit geldt ook voor reguliere, permanente woningen, maar nog meer voor tijdelijke woningen omdat deze een kortere terugverdienperiode hebben. Daarnaast verstoren ook complexe planologische procedures en/of bezwaren door omwonenden de bouw van tijdelijke woningen.
Flexwoningen – behalve oorzaak – óók oplossing huisvestingstekort
Ironisch genoeg vormen flexwoningen ook meteen één van de oplossingen voor het woningtekort. Zo gaf Minister Van Veldhoven (Wonen) eerder al aan flexwoningen te beschouwen als belangrijke en snelle oplossing voor het woningtekort. Ook nam de Tweede Kamer een motie aan voor een ‘noodplan woningbouw’ en is het haar ambitie om ten minste 15.000 tijdelijke woningen per jaar te bouwen. Ook de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving roept in haar rapport ‘Herstel begint met een huis’ op tot een structureel andere huisvestingsaanpak en meer inzet op tijdelijke woningen in bestaande gebouwen, zoals leegstaande kantoren.
Flexibele concepten én flexibel denken!
Ook in Limburg wordt actief werk gemaakt van tijdelijke huisvesting. Aan de ene kant wordt er in de praktijk door bedrijven ingezet op flexibele concepten. Zo zijn er in diverse gemeenten reeds tijdelijke huisvestingslocaties gerealiseerd voor arbeidsmigranten, urgent woningzoekenden en internationale studenten. Projectontwikkelaars, bouwbedrijven en andere ketenpartners zetten stevig in op het ontwikkelen van nieuwe huisvestingsconcepten voor tijdelijke huisvesting.
Naast deze flexibele concepten, vindt ook op bestuurlijk c.q. ambtelijk niveau een kentering plaats. Het rigide denken in termen van permanente woningbouw en strenge omgevingsverordeningen maakt steeds meer plaats voor flexibel denken in oplossingen. Zo ondersteunt de Provincie het platform ‘Thuis Tijdelijk’ waar woningzoekenden en woningaanbieders een tijdelijke woning in Limburg kunnen vinden respectievelijk aanbieden. Dit platform is specifiek bedoeld voor mensen die tijdelijk in Limburg zijn (bv. om te werken of studeren) en mensen met een acute, tijdelijke huisvestingsbehoefte. Ook tonen steeds meer gemeenten daadkracht door tijdelijke huisvesting te faciliteren en/of hier expliciet op te sturen om in de woningbehoefte te voorzien. Een mooi voorbeeld hiervan is Gemeente Maastricht waar onder aanvoering van verantwoordelijke wethouder (Wonen) Heijnen tijdelijke huisvesting voor studenten en andere doelgroepen is gerealiseerd in de wijk Randwyck. Zij stelt “Het gaat goed met onze stad, maar mede hierdoor wordt een aantal groepen kwetsbaar op de woningmarkt. We willen dat Maastricht voor iedereen een prettige en betaalbare plek blijft om te wonen. Daarom kiezen we voor een oplossing die op korte termijn uitkomst biedt, maar die er ook voor zorgt dat er over tien jaar geen structureel overschot ontstaat”. Gedeputeerde Dritty sluit zich hierbij aan: “Het gaat erom dat we de vastgelopen Limburgse woningmarkt lostrekken en een treintje op gang helpen. Als senioren doorschuiven naar een fijn appartement ontstaat er ruimte voor jonge gezinnen die wat groter willen wonen en zo komt er ook weer plek voor starters.” Er is volgens hem een brede behoefte aan woningen voor starters, kwetsbare personen, internationale werknemers en ‘spoedzoekers’. Dritty wil daarom diverse plannen stimuleren, zoals het verbouwen van leegstaande scholen of kantoren tot appartementen”. Hiervoor wordt in ieder geval een budget van ruim €30 miljoen beschikbaar gemaakt.
Oproep: “Stel meer locaties beschikbaar!”
Toch blijft er nog een wereld te winnen als het gaat om het aanpakken van het tekort aan tijdelijke woningen. De belangrijkste aanbevelingen daarbij aan gemeenten, woningcorporaties, projectontwikkelaars en andere ketenpartners zijn allereerst het beschikbaar stellen van meer locaties, zowel binnenstedelijk als aan de rand van bebouwde gebieden en bedrijventerreinen. Ook moeten juridische procedures worden vereenvoudigd en dient er progressiever (her)bestemmingsbeleid te komen, bijvoorbeeld als het gaat om leegstaand vastgoed. Gedeputeerde Dritty roept ten slotte daarom op tot samenwerking en daadkracht: “De behoefte aan flexwonen is er. Zoek elkaar op. Denk flexibel en ga aan de slag!” Want alleen zo kan het huisvestingstekort worden aangepakt en blijft Limburg ook op lange termijn aantrekkelijk!